Wat het lerarentekort mogelijk zichtbaar wil maken
Een duik in de onderstroom op zoek naar duurzame oplossingen
Je kunt op vele manieren kijken naar het lerarentekort, waaronder op een systemische manier. Dit betekent dat je op onderzoek uitgaat vanuit de gedachte dat het lerarentekort het topje van een ijsberg is. Je duikt dieper om te ontdekken wat er onder water – in de onderstroom – te zien is. Graag neem ik je mee in de inzichten die ik samen met nog zeven onderwijsprofessionals[1] heb opgedaan tijdens de Systemische Werkplaats Onderwijs van 30 januari 2019, toen we de vraag hebben onderzocht:
Wat wil het lerarentekort zichtbaar maken?
Onderstaand verslag is een weergave van wat voor mij de grote lijnen van ons onderzoek is geweest. Een belangrijk inzicht is dat het lerarentekort aandacht vraagt voor een groter maatschappelijk vraagstuk: sociale segregatie. Oftewel het verschijnsel dat mensen met verschillende (culturele en/of economische) achtergronden gescheiden van elkaar leven. Het raakt ook aan hoe ouders en school (niet) samenwerken rondom de begeleiding van de kinderen in hun ontwikkeling. En het raakt aan ruimte geven aan de liefde voor de kinderen, voor werken met hart en ziel in het onderwijs.
Segregatie
Het is niet anders; etnische diversiteit hangt samen met minder cohesie in de buurt[2]. De diversiteit in Nederland neemt toe en we weten niet goed hoe we samen kunnen leren leven. Dat is direct voelbaar in het onderwijs. Omdat de culturele diversiteit van een wijk in de klas bij elkaar komt, inclusief alle maatschappelijke vragen die dat met zich meebrengt. Of omdat er juist sprake is van ‘witte’ en ‘zwarte’ scholen, waardoor de kloof tussen de verschillende bevolkingsgroepen expliciet zichtbaar wordt.
De vraag ‘hoe leven we samen’ of ‘hoe bereiden we onze kinderen voor op een leven in een maatschappij die gekenmerkt wordt door toenemende diversiteit’ raakt daarmee direct aan het werk van de leerkracht. En raakt de ouders.
Kloof
Het kenmerk van segregatie is dat er een kloof is tussen verschillende groepen. Een dergelijke kloof is op meerdere plekken zichtbaar geworden tijdens de opstelling. Zo is er ook de kloof tussen leerkracht en moeder/ouder. Op het moment dat de representant voor moeder aangeeft: ‘de uitdaging van de sociale segregatie is voor mij veel te groot, ik zorg voor mijn eigen kind en doe niet meer mee’ zakt de toch al nauwelijks aanwezige moed van de leerkracht helemaal in de schoenen en legt ze het bijltje erbij neer.
De moeder staat alleen. De leerkracht staat alleen. Deze kloof tussen moeder en leerkracht is groot. Terwijl de maatschappelijke druk op zowel ouders als leerkrachten groot is en ze elkaar eigenlijk heel hard nodig hebben ten behoeve van de ontwikkeling van het kind. Ze maken immers beiden onderdeel uit van het leven van het kind.
Relatie moeder – leerkracht
Wat zorgt voor beweging is de erkenning over en weer dat het zwaar is, voor alle partijen. “Het is zwaar om ouder te zijn in deze tijd” en “Het is zwaar om leerkracht te zijn in deze tijd”. Deze erkenning maakt het lichter en geeft ruimte. Ruimte om naar elkaars verhaal te luisteren, wederzijds vertrouwen te laten groeien om van daaruit samen antwoorden te vinden op de uitdagingen die er zijn met oog voor de kinderen.
De opstelling heeft mogelijke richtingen aangereikt waardoor ouder en leerkracht dichter bij elkaar komen te staan en kunnen samenwerken ten behoeve van de ontwikkeling van het kind. Allereerst maakt het de betrokkenen sterker als ze horen ‘ik geloof in je en erken je vakmanschap’ (schoolleider – leerkracht) en ‘ik heb vertrouwen in jou en erken jouw ervaring en expertise’ (ouder en leerkracht).
Het maakt het spannend en tegelijkertijd ook ruim en licht als de leerkracht aan de ouder vraagt : “Mag ik van je kind houden?” Het is voelbaar hoe ‘houden van’ besmet is geraakt met beelden van kindermisbruik. Tegelijkertijd is voelbaar dat het in essentie draait om liefde die zuiver is. Met hart en ziel, in verbinding met de kinderen je vakmanschap als leerkracht inzetten om de kinderen te begeleiden op weg naar hun toekomst. Dat brengt beweging in het systeem.
De schoolleider
De schoolleider is de verbindende schakel tussen school en buitenwereld. Is het zwaar voor ouders en leerkracht in dit systeem, ook de schoolleider heeft een pittige taak waarvoor weinig erkenning is. Het vraagt leiderschap om ouders en leerkrachten met elkaar te verbinden en ieder z’n plek te geven binnen de school. En het vraagt leiderschap om te bepalen wat de grenzen zijn van de school; wat van de buitenwereld is dienend voor de ontwikkeling van de kinderen en mag naar binnen komen en wat mag buiten de deur blijven? Daarmee wordt zichtbaar hoe de rol van de schoolleider verandert ten opzichte van vroeger.
Het kind
Het kind heeft vanaf het begin af aan een plek in het systeem. Het verveelt zich stierlijk, heeft geen verbinding met wat er om zich heen gebeurt en vermaakt zichzelf. Vanuit de anderen is er nauwelijks aandacht voor het kind.
Het kind speelt een belangrijke rol bij het inbrengen van de vader in het systeem. Die ruimte ontstaat als moeder niet langer alleen de last draagt voor de zorg voor haar kind. Er komt rust in het systeem als beide ouders hun plek hebben gekregen. Hiermee wordt niet gezegd dat ‘het kind alleen gelukkig is in een gezin met een vader en een moeder’. Het maakt zichtbaar dat het voor het welzijn van het kind belangrijk is dat beide biologische ouders hun eigen plek hebben.
Bezieling / het hart
Bezieling/het hart heeft vanaf het begin een plek in de opstelling. Het gaat niet goed met ‘bezieling’. Het element ‘hoop’ dat in de opstelling komt, gaat naast bezieling staan en kan er geen contact mee krijgen. Waardoor hoop bijna de moed verliest …
“Het is hard werken voor het hart om het systeem bij elkaar te houden.” Als er in de opstelling meer verbinding komt tussen kind, ouders, leerkracht & team en schoolleiding kan het hart meer ontspannen en een bron van kracht en inspiratie zijn voor de betrokkenen.
“We zijn met elkaar verantwoordelijk, ieder op z’n eigen plek. Als we het geheel samen vasthouden, kan de bezieling stromen.”
Transformatie van het onderwijssysteem
Tijdens het systemische onderzoek wordt ook zichtbaar dat er in het onderwijssysteem sprake is van afronding en rouw, zonder precies te kunnen duiden waarvan. De overgang van oud naar nieuw brengt ook angst met zich mee. Het lucht op als deze angst wordt gezien.
Verder lezen
Mijn collega Sander Galjaard, met wie ik deze Systemische Werkplaats Onderwijs heb begeleid, schreef ook een verslag van deze bijeenkomst. Dat verslag vind je hier.
Auteur: Femmy Wolthuis
Ingezonden bericht van een lezer, Karin Seine:
“Mooi jullie werk en zo essentieel. ‘De overgang van oud naar nieuw brengt ook angst met zich mee. Het lucht op als deze angst wordt gezien’. Ja, vernieuwen is ook eng. Zowel voor het oude als het nieuwe. Wat ik recent waarnam in een opstelling met een onderwijsvernieuwer is dat het oude onderwijssysteem niet gezien werd, ze was – net als veel anderen- gefrustreerd en boos over het oude. Het werd sterk veroordeeld.
Toen het onderwijssysteem zoals het oorspronkelijk was een plek kreeg, gezien werd, en er bewustzijn kwam op wat het óók allemaal heeft gebracht en van waaruit er ook weer verdergegaan kan worden, was ze geraakt. Het werd inzichtelijk dat het oude zeker de prullenbak niet in hoeft. Na dit werkelijk aankijken kon ze zich focussen op haar project, het onderwijssysteem zoals het was en ook nog is, stond als een voorouder in het veld.
En bij verschillende onderwijsvernieuwers kon ik ook diepe pijn waarnemen over het onderwijs – zoals zij het vroeger kregen. Naar mijn idee vraagt dat ook onderzoek. Van waaruit komt de drang om te vernieuwen. Is het de eigen pijn? Is deze al gezien? In hoeverre wordt deze geprojecteerd en gaat deze mee de nieuwe school in?
[1] Schoolleider basisonderwijs, directeur professionalisering basisonderwijs, docent pedagogische academie, docent hoger onderwijs creativiteit en innovatie, onderzoeker, trainer en twee begeleiders
[2] Titel van een artikel naar aanleiding van het WRR-rapport dat in mei 2018 is verschenen.